Onderzoek naar locatie Vikingenkamp wijst nu toch nadrukkelijk naar Elsloo
De Vikingen (of Noormannen) overwinterden in het jaar 881 in Limburg. Maar waar? Dat is al heel lang een discussiepunt. Asselt (aan de Maas tussen Roermond en Swalmen) of Elsloo (aan de Maas bij Stein)?
De Belgische wetenschapper Bart Van den Bossche deed er onderzoek naar met medewerking van streekhistoricus Guus Peters. En dat levert op dat het Vikingenkamp bij Elsloo (Hasloa, ook wel Ascloa, Ascloha) gelegen moet hebben.
Het onderzoek naar de Vikingen in Limburg van Van den Bossche is te vinden als digitale uitgave vanArcheologie in Limburg, uitgebracht door de sectie Archeologie van het Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap Limburg (LGOG).
Foto onder:vermoedelijk Karolingisch basiskamp te Vucht (oranje) aan de overzijde van de Maas in blauwe stippellijn liggen Maasband en Meers.
Bron: 1Limburg/Tom Doesborg 06.01.2023
Vikingenkamp Hasloa toch bij Elsloo?!
De plek langs de Maas waar zo’n 1100 jaar geleden het Vikingenkamp Hasloa moet hebben gelegen, heeft eerder te maken met het vroegmiddeleeuwse Elsloo dan met Asselt bij Swalmen.
Dat concludeert de Belgische wetenschapper Bart van den Bossche in het bladArcheologie in Limburg.
Vikingenleger
Deze in Limburgse historische kringen nog onbekende onderzoeker heeft als eerste op basis van meerdere disciplines onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van Vikingen. Tot nu toe bleven harde historische bewijzen voor het verblijf van een Vikingenleger ergens langs de Maas in Limburg rond het jaar 900 flinterdun. Volgens Middeleeuwse kloosterannalen zou een Vikingenleger de burcht Hasloa hebben gebouwd om van daaruit de omgeving te plunderen. Ook moet bij Hasloa een veldslag hebben plaatsgevonden met vele doden. Diverse onderzoeken en opgravingen bij Elsloo en Asselt hebben in het verleden geen enkel bewijs opgeleverd.
Foto: replica Vikingschip
Aanvullend bewijs aanwezigheid Vikingen in omgeving Stein/Maasmechelen
Update 12.01.2021 door Guus Peters
Aanvullend bewijs van de aanwezigheid van deVikingenin het gebied Stein/Maasmechelen is niet alleen de in 2020 gevonden Vikingbijl maar ook een Odinpin nabij Maasmechelen. Ook zou er sprake zijn van een schildpadfibula. Ook weten we nu dat de oudste vermelding van een kasteelheer van Elsloo uit 1108 dateerd en Arnulfus de Hesloes werd genoemd. Alles bij elkaar kan men niet meer om Stein/Maasmechelen (Boorsem, Kotem, Stein en Elsloo vormden volgens onze inzichten het kroondomein Aschloa ) heen voor de plaats van het Vikingkamp. Of deVikingenhier waren is nu geen vraag meer. Het is nu nog de vraag waar precies hun kamp in dit gebied lag.
Het gaat nu feitelijk om drie zaken:
1. Was Kotem/Boorsem/Elsloo/Stein het kroondomein Aschloa en uit welke onderdelen bestond dit ?
2. Waar lag het bestuurscentrum van dit Domein ?
2. Waar hadden de Vikingen/Noormannen in dit gebied hun kamp(en) ?
3. Is de vondst van de wapens bij de ontgrinding het bewijs dat de slag op de Geul bij Kotem/Elsloo heeft plaatsgevonden ?
Door de recente ontwikkelingen op het gebied van toerisme, groeit ook de belangstelling voor de historie van de Maasvallei. Het is hierbij wel zaak om open te staan voor nieuwe, grensoverschrijdende inzichten en informatie. Oudere historische beschrijvingen hoeven per definitie niet verkeerd te zijn maar dienen opnieuw getoetst te worden. Aan oude standpunten blijven vasthouden zal oude strijdbijlen niet begraven en een blokkade zijn voor vooruitgang in kennis over de boeiende, nog veelal onbekende historie van onze prachtige herontdekte Maasvallei.
Waar zijn de Noormannen?
Is de titel van een artikel in dagblad De Limburger van 9 september 2017. Het artikel handelt over een onderzoek door archeoloog Leo Verhart die hierin de bewering van professor Holwerda uit 1929, dat het Noormannen- kamp Ascloha in Asselt lag onderuit haalt.
In de loop van de jaren zijn er in De Limburger al diverse artikelen verschenen met speculaties over het Vigingenkamp:
Lees het artikel in De Limburger van 17.02.2023 ⇢
Dit geeft weer ruimte om te speculeren waar het dan wel was en oude kandidaten Elsloo en Maasmechelen worden in dit verband genoemd. Hoe zit dat nu met die Noormannen en Elsloo?
Uit historische bronnen is bekend dat dat rond het jaar 880 onze streken te lijden hadden van de Noormannen onder leiding van Godfried en Siegfried. Ze hadden in 881 en 882 hun winterkwartier in een kamp/vesting Aschlo of Ascloha genaamd. Andere namen voor deze plaats zijn: Asloa, Aschloa, Ashlon, Aslon, Haslou, Haslion, Haslac en Haslou.
Van hieruit werden vele plaatsen, kerken en kloosters in de omgeving geplunderd.
Al in de 17e eeuw was men er van overtuigd dat met deze aanduidingen Elsloo bedoeld werd. Helaas is hier echter nooit enig archeologisch bewijs voor gevonden. In 1929 voert echter professor Holwerda op verzoek van de pastoor van Asselt een onderzoek uit en daarmee de basis gelegd voor een strijd tussen voor en tegenstanders van Elsloo respectievelijk Asselt. Inmiddels werd, ook door ons, aanvaard dat het een feit was dat dit Asselt is geweest. Er waren tenslotte Archeologische bewijzen gevonden in Asselt gevonden. Maar die zijn nu weerlegd en is de discussie weer open ! De historische bron waarin de ligging van het kamp beschreven werd, is de Annales Fuldensis, de analen van Fulda. Hierin staat:
De Noormannen roofden wat ze konden en wat erger en verschrikkelijker om te zien was, legden enige plaatsen en kerken in de as en keerden terug naar hun sterkte die door een wal was omringd en op de oever van de Maas lag in een plaats die Ascloha genoemd wordt, 14 mijl van de Rijn.
Foto boven:Speerpunten uit de vroege middeleeuwen in de periode van de Vikingen
Bijvangst grindwinning Consortium Grensmaas Maasoever levert honderden archeologische vondsten op
Archeologisch onderzoek in de rivierbedding heeft tijdens de uitvoering van het project Grensmaas vele honderden vondsten opgeleverd die een verrassend en soms zelfs nog ongeschreven verhaal opleveren over de Zuid-Limburgse Maas als oorlogsfront, als scheepsroute, als handelsverbinding en als viswater.
Een van de meest fascinerende hoofdstukken van dat verhaal is de vondst van opvallend veel wapentuig uit de periode dat de Vikingen in deze regio actief waren.
Eén van de archeologische vondsten van het Grensmaas project is deze Vikingen bijl, een pareltje uit het archeologisch depot van De Vondst in Heerlen. De Scandinavische bijl, waarvan de steel is vergaan, is gevonden langs de Maas bij Elsloo. Het is het eerste exemplaar dat in Nederland is ontdekt.
En daarmee -en ontelbare andere Viking-vondsten- is tevens ook het bewijs geleverd dat de Vikingen in deze contreien zijn geweest.
Vikingen waren de piraten van de Noordzee. Moordend, plunderend en rovend maakten ze de Europese kusten onveilig. Ook Nederland werd geteisterd door Vikingen. De aanvallen begonnen in het jaar 810, toen Deense Vikingen Frisia aanvielen met een vloot van maar liefst tweehonderd schepen. De woeste Vikingen stopten pas met hun plunderingen toen hun slachtoffers een flinke hoeveelheid zilver betaalden. Maar in de jaren daarna kwamen ze nog vaak terug…
Eind 9de eeuw verenigden Vikingen van allerlei nationaliteiten zich in een enorme vloot die bekend kwam te staan als ‘Het grote heidense leger’. Via de rivieren, waaronder de Maas, drongen ze met hun schepen de Europese binnenlanden binnen. Waarschijnlijk is deze bijl door een van deze Vikingen verloren.
Aan de hand van archeologische schatten blijkt dat ‘Viking’ geen volk, maar een levensstijl was. Deze levensstijl omvatte meer dan alleen de beruchte plunderingen. De Vikingen waren namelijk ook zeer bedreven handelaren met een uitgebreid netwerk, waar ook de Nederlandse kustbewoners van profiteerden. Het kwam zelfs voor dat Nederlanders zich bij de Vikingen aansloten en deelnamen aan hun rooftochten.
De bijl behoorde tot de standaarduitrusting van de Viking. Bijlen werden niet alleen gebruikt als gereedschap bij het bouwen van schepen en huizen, maar kwamen ook van pas op het slagveld. Ook de speer werd veel gebruikt, als steek- of werpwapen. Om aanvallen op te vangen gebruikten Vikingen vooral ronde, houten schilden met in het midden een ijzeren knop voor de stevigheid.
Deze Scandinavische driehoekige bijl van 110 x 100 mm is voorzien van een snede en steeloog die dezelfde richting hebben; de kop is gemaakt van ijzer. Door de smalle schachting en de sterk verbrede snede lijkt deze bijl min of meer driehoekig – de meeste zijn geheel symmetrisch maar er zijn ook exemplaren waarbij de bovenzijde langer is dan de onderzijde. Zowel aan de onderzijde als aan de bovenzijde is de schachting verstevigd door uitstekende lappen.
Bron: De Vondst, archeologisch beleefdepot in Heerlen20.08.2020
Archeoloog Jan Roymans: “Tot voor kort was er nauwelijks aandacht van archeologen voor oude rivierbeddingen. Het onderzoek richtte zich voornamelijk op de hoge oevers van de Maas waar vele nederzettingen en grafvelden zijn opgegraven. Een Romeinse villa, een Merovingisch grafveld en het vermaarde paardengraf van Borgharen zijn maar enkele van de vele hoogtepunten van het bodemonderzoek dat op de oevers van de Maas heeft plaatsgevonden.
Bijzonder is dat in het project Grensmaas ook de rivier zelf archeologische aandacht heeft gekregen. Dankzij de graafwerkzaamheden van Consortium Grensmaas hebben we veel geheimen van de bedding van de Maas in Zuid-Limburg kunnen blootleggen. Dat is op deze schaal nooit eerder gebeurd”, aldus Roymans.
Het Consortium voert het project Grensmaas, rivierbeveiliging en natuurontwikkeling gefinancierd door de opbrengst van grindwinning, voor eigen rekening en risico uit. Dat betekent dat het Consortium ook verantwoordelijk is voor archeologische vondsten. Daartoe wordt samengewerkt met de Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) en archeologen die voor begeleiding zorgen bij de afgravingen van de Maasoevers en de grindwinning.
Op basis van omvangrijk bodemonderzoek heeft de RCE de afgelopen jaren met name de geschiedenis van de bewoning in de Maasvallei op een rijtje gezet. Dat leidde tot een uitgebreide wetenschappelijke studie Het Maasdal tussen Eijsden en Mook, die twee weken geleden in Kessel werd gepresenteerd. Archeoloog Roymans heeft zich de afgelopen jaren gefocust op vondsten die tijdens het werk aan de Maas letterlijk boven water zijn gekomen door oplettendheid van medewerkers van Consortium Grensmaas of dankzij een magneetconstructie die in de grindinstallaties alle metalen voorwerpen scheidt.
Foto beneden:Vondsten Jan Roymans vanaf de Romeinse tijd, waaronder bijlen, zwaarden, pijlen, speren, helmen, kanonskogels in alle maten, scheepsattributen, visgerei uit de vroege middeleeuwen en agrarisch werktuig.(Foto's Grensmaas Consortium, klik voor vergroting)
Bron en met toestemming overgenomen:De Vondst, Heerlen
Eén van de archeologische vondsten van het Grensmaas project is deze Vikingen-bijl, een pareltje uit ons archeologisch depot. De Scandinavische bijl, waarvan de steel is vergaan, is gevonden langs de Maas bij Elsloo. Het is het eerste exemplaar dat in Nederland is ontdekt.
Vikingen waren de piraten van de Noordzee. Moordend, plunderend en rovend maakten ze de Europese kusten onveilig. Ook Nederland werd geteisterd door Vikingen. De aanvallen begonnen in het jaar 810, toen Deense Vikingen Frisia aanvielen met een vloot van maar liefst tweehonderd schepen. De woeste Vikingen stopten pas met hun plunderingen toen hun slachtoffers een flinke hoeveelheid zilver betaalden. Maar in de jaren daarna kwamen ze nog vaak terug…
Eind 9de eeuw verenigden Vikingen van allerlei nationaliteiten zich in een enorme vloot die bekend kwam te staan als ‘Het grote heidense leger’. Via de rivieren, waaronder de Maas, drongen ze met hun schepen de Europese binnenlanden binnen. Waarschijnlijk is deze bijl door een van deze Vikingen verloren.
Aan de hand van archeologische schatten blijkt dat ‘Viking’ geen volk, maar een levensstijl was. Deze levensstijl omvatte meer dan alleen de beruchte plunderingen. De Vikingen waren namelijk ook zeer bedreven handelaren met een uitgebreid netwerk, waar ook de Nederlandse kustbewoners van profiteerden. Het kwam zelfs voor dat Nederlanders zich bij de Vikingen aansloten en deelnamen aan hun rooftochten.
De bijl behoorde tot de standaarduitrusting van de Viking. Bijlen werden niet alleen gebruikt als gereedschap bij het bouwen van schepen en huizen, maar kwamen ook van pas op het slagveld. Ook de speer werd veel gebruikt, als steek- of werpwapen. Om aanvallen op te vangen gebruikten Vikingen vooral ronde, houten schilden met in het midden een ijzeren knop voor de stevigheid.
Deze Scandinavische driehoekige bijl van 110 x 100 mm is voorzien van een snede en steeloog die dezelfde richting hebben; de kop is gemaakt van ijzer. Door de smalle schachting en de sterk verbrede snede lijkt deze bijl min of meer driehoekig – de meeste zijn geheel symmetrisch maar er zijn ook exemplaren waarbij de bovenzijde langer is dan de onderzijde. Zowel aan de onderzijde als aan de bovenzijde is de schachting verstevigd door uitstekende lappen.
Geïnteresseerd in archeologie?
Bekijk dan hier video's van NWO-onderzoeksprogramma Odyssee ⇢
Klik op bovenstaand artikel uit De Limburger van 7 juli 2018 voor een leesbare pdf.
Waar zijn de Noormannen? Is de titel van een artikel in dagblad De Limburger van 9 september 2017. Het artikel handelt over een onderzoek door archeoloog Leo Verhart die hierin de bewering van professor Holwerda uit 1929, dat het Noormannen/Vikingen- kampAsclohain Asselt lag onderuit haalt.Dit geeft weer ruimte om te speculeren waar het dan wel was en oude kandidaten Elsloo en Maasmechelen worden in dit verband genoemd. Hoe zit dat nu met die Noormannen en Elsloo?
Uit historische bronnen is bekend dat dat rond het jaar 880 onze streken te lijden hadden van de Vikingen onder leiding van Godfried en Siegfried. Ze hadden in 881 en 882 hun winterkwartier in een kamp/vesting Aschlo of Ascloha genaamd. Andere namen voor deze plaats zijn: Asloa, Aschloa, Ashlon, Aslon, Haslou, Haslion, Haslac en Haslou.
Van hieruit werden vele plaatsen, kerken en kloosters in de omgeving geplunderd.
Klik op afbeelding om artikel te lezen
Een dag eerder plaatste De Limburger ook al een kort artikel over dit onderzoek > De Limburger 08.09.2017
Al in de 17e eeuw was men er van overtuigd dat met deze aanduidingen Elsloo bedoeld werd. Helaas is hier echter nooit enig archeologisch bewijs voor gevonden. In 1929 voert echter professor Holwerda op verzoek van de pastoor van Asselt een onderzoek uit en daarmee de basis gelegd voor een strijd tussen voor en tegenstanders van Elsloo respectievelijk Asselt. Inmiddels werd, ook door ons, aanvaard dat het een feit was dat dit Asselt is geweest. Er waren tenslotte Archeologische bewijzen gevonden in Asselt gevonden. Maar die zijn nu weerlegd en is de discussie weer open ! De historische bron waarin de ligging van het kamp beschreven werd, is de Annales Fuldensis, de analen van Fulda. Hierin staat:
De Vikingen roofden wat ze konden en wat erger en verschrikkelijker om te zien was, legden enige plaatsen en kerken in de as en keerden terug naar hun sterkte die door een wal was omringd en op de oever van de Maas lag in een plaats die Ascloha genoemd wordt, 14 mijl van de Rijn.
De handelsroutes en vestigingsplaatsen van de Vikingen
Welke plaats ligt nu 14 mijl van de Rijn ? Een mijl is nu 1.60 kilometer dat is 22,4 km. Elsloo / Maasmechelen liggen echter ca . 90 km, 55 mijl van de Rijn. Einde discussie dus. Ware het niet dat er in de middeleeuwen andere waarden bestonden, die regionaal sterk van elkaar konden afwijken. Nu lezen we in het boek “De Graven van Loon” van Jan Vaes dat de afstand Luik – Aken 6 mijl is. De afstand tussen de twee steden is hemelsbreed 39 km. Een middeleeuwse mijl is dus hier 6,5 kilometer. Hemelsbreed ligt Elsloo omgerekend dus 14 middeleeuwse mijlen van de Rijn !!!!
Dan hebben we nog de naam Elsloo. De eerste betrouwbare melding van Elsloo stamt uit 1111 en dan wordt het dorp Eleslo genoemd. De betekenis van Elsloo wordt steevast uitgelegd als plaats aan of in een Elsenbos. Maar klopt dat wel ? De dialectnaam is Aelse, misschien staat deze wel dichter bij de oorspronkelijkste naam dan van de geschreven versies . Als Asselt daadwerkelijk Ascloha is, dan is in de loop der tijd de L naar achter geschoven waarom zou ze in Elsloo dan niet verplaatst kunnen zijn ? In dit geval naar voren ? Van Aschlo naar Aelse dus. De naam herleiding geeft dus ook geen uitsluitsel ten gunste van Asselt.
Maar waar moeten we dan in Elsloo gaan zoeken naar de Vikingenburcht ? Voor de hand ligt een voorganger van het kasteel in de Maas hiervoor aan te zien. Dat zou kunnen, maar liep de Maas hier wel ? De Maas kende in die tijd diverse armen bij Elsloo en die hoeven niet direct langs het dorp gelopen te hebben. Maar die liepen wel over het gebied van Elsloo.
Elsloo zou rond 900 een kroondomein geweest zijn (landgoed waarvan de opbrengst bedoeld was tot onderhoud van de hofhouding van de koning of keizer). Boorsem, Kotem en Stein zouden hiervan deel hebben uitgemaakt. De beemden onder Vught behoorden overigens ook tot Elsloo. De Maas liep dus niet langs maar door het gebied van het middeleeuwse Elsloo. Dit vergroot het zoekgebied aanzienlijk. Vandaar dat ook van Belgische zijde nabij Maasmechelen naar de mogelijke kampplaats wordt gezocht.
We hopen dat uiteindelijk alle zoekacties resultaat zullen opleveren, zodat we uitsluitsel krijgen. Zolang dat er niet is, houden we de optie Elsloo echter open. Men neemt tenslotte ook aan dat het verdrag van Meerssen in 870 op de palts van Meerssen is gesloten, van deze palts is echter tot op de dag van vandaag nog geen spoor gevonden.........
Guus Peters, 12 september 2017
AANVULLING
Een in 2020 gevonden Vikingbijl is een tastbaar bewijs van de aanwezigheid van de Vikingen in het gebied Stein/Maasmechelen.
Dit betekent echter ook weer niet een directe koppeling met het lang gezochte Vikingkamp maar wel met een andere gezochte plaats van handeling, de plaats van de slag op 26 juni 891 van de Franken tegen de Vikingen aan het riviertje de Geul. Wij denken, gezien de grote hoeveelheid gevonden wapens in 2020 bij de ontgrinding in het gebied tussen Elsloo en Geulle dat deze in de buurt van Kotem/Elsloo heeft plaatsgevonden.
Uit: Luit van der Tuut. Koningen en Krijgsheren. Blz 219 / 220
In 891 keerden de Vikingen in de Nederlanden terug. Den 26 Juni, werd er een veldslag geleverd op het riviertje de Geul, een uur benedenMaastricht, waarin de Vikingen onder Hasting de Franconiërs geheel versloegen. De aartsbisschop Sunzon of Sunderold van Maintz, de graaf Arnolf en een groot getal edelen bleven op het slagveld en het kamp der Duitschers werd buit gemaakt. Daarna trokken de Vikingen op Leuven. Alhier werden zij den 1 September door den keizer Arnulf, op de Dijleoevers geheel en al verslagen. Hun krijgsroep was Geule! Geule! De Dijle was gevuld met de lijken der zonen van het Noorden.
H. Welters Publications de la Societe Historique et archeologique dans le duche de Limbourg. Deel 10 1873
De bovenstaande beschrijvingen van de slag, voor zover deze betrouwbaar zijn, geven enkele details om over na te denken. De Franken rukten op vanuit Maastricht en stootten in een dorpje op de vijand. Hier wordt verondersteld dat dit Geulle was maar dat hoeft niet zo te zijn. Ook kwam het grootste deel van de Vikingen terug van een plundertocht uit Aken, waarschijnlijk dat zij hiervoor uit het Geuldal kwamen op weg naar hun steunpunt. Als inderdaad in het gebied Maasmechelen/Stein dat steunpunt was, dan is het aannemelijk dat men in Kotem of Boorsem of zelfs Elsloo op de vijand stootte en dat de Vikingen vanuit Aken op weg waren van hun plundertocht naar dit steunpunt .
Nu stroomt de Maas tussen Geulle en Elsloo, maar in die tijd liep hier de Geul die mogelijk tussen Kotem en Boorsem (of noordelijker) in de Maas uitmondde! Men heeft de neiging om bij het analyseren van een vindplaats dit te koppelen aan de huidige situatie. Maar men dient ook het landschap waarin de vondst gedaan is te reconstrueren. Zo moet men in Maasmechelen/Stein rekening houden met grote maasverplaatsingen en als gevolg hiervan verschuivingen van de nederzettingen.
Nu dus blijkt dat er tussen de wapens bij Kotem/Elsloo een bijl is gevonden die onmiskenbaar als Vikingbijl aangemerkt kan worden, is dit voor ons een groot bewijs van de aanwezigheid van Vikingen in onze omgeving en de plaats van de slag aan de Geul. We hopen overigens dat er nog meer wapens aan de Vikingen gerelateerd kunnen worden. Hopelijk kan er een wapen afgestaan worden voor ons eigen Streekmuseum in Elsloo !
Niet alleen is de bijl een bewijs van de aanwezigheid van de Vikingen in ons gebied maar maar ook een Odinpin die nabij Maasmechelen is gevonden. Ook zou hier sprake zijn van een niet gedocumenteerde Viking-schildpadfibula.
Ascloa, Ascloha, Aschlo, Asclon, Aelseloha ,Haslon, Hasloa , Haslou, Hesloes, Eleslo….. Aelse/Elsloo !
Niet alleen dragen de archeologische vondsten bij aan de kennis over de ligging van het Vikingkamp, maar ze vullen ook de kennis aan over de herkomst van de naam "Elsloo".
Het beruchte kamp lag in Ascloha. Tot 1929 werd dit onbetwist aan Elsloo gekoppeld. Daarna begon de discussie over Asselt. Een belangrijk onderdeel hiervan was de herleiding van de naam Ascloha tot Asselt.
Karl III (der Dicke) - RI I n. 1639b
882 iuli 00, Ascloha
unter der führung der könige Godefrid und Sigifrid (Regino vgl. Ann. Fuld. 882, Ann. Bert. 882) teils zu land an die Maas gezogen waren (Ann. Vedast. vgl. Ann. Anglosax. 882) und zu Elsloo (a|d. Maas n. Maastricht; Haslao, Ann. Vedast.; loco Haslon iuxta Mosam, Regino; loco Escelun, Ethelwerdi chr. M. G. SS. 13, 123) sich stark verschanzt hatten, um zu überwintern (Ann. Vedast.). Von hier unternehmen sie ihre raubzüge: im ersten anlauf verheeren sie mit feuer und schwert Maastricht, Tongern, Lüttich
De eerste betrouwbare melding van Elsloo stamt uit 1111 en dan wordt het dorp Eleslo genoemd. Dat is de alom aangehaalde oudste vermelding. Echter er is nog een 3 jaar oudere vermelding waarin Arnulfus de Hesloes vernoemd, steeds vertaald als Arnold van Elsloo.
Akte Arnulfus van Elsloo 1108 te vinden in het boek; "Faire justice" dans le diocèse de Liège au Moyen Âge (VIIIe-XIIe siècles".
Filium lue coegerunt venire ad curiam Richele Arnulfus de Hesloes, advocatus Aquensis ęcclesię, Elbertus de Mulance, qui sub eo tenuit advocatium, Albertus Prepositus Aquensis ecclesie et cancellarius régis, Lietbertus, qui vicedominus.
Aelse
De naamkundige Bas Kloens uit Dordrecht geeft de volgende verklaring voor de herkomst van Elsloo aan de Maas: Aseloha, oude naam voor Elsloo aan de Maas, voorheen ook Helsloes (volgens naamkundige Van der Aa) was in oorsprong Aelseloha = Else – loha.
De naam is een samenstelling van "helle" voor waterstroom en "loha" dat afkomstig is van het Germaanse "lauhaz" en dat betekend "open plek in een bos of bosje op hoge zandgrond". Opmerking: wij kennen geen hoge zandgronden. Ook de nederzetting was niet ver weg (Wikipedia). Van belang hier is dat de gebruikelijke koppeling met de boomsoort "els" te kort door de bocht is.
Bijzonder hierin is de vermelding van Aelseloha, dit omdat de nog steeds de locale dialectnaam Aelse hierin voorkomt. Dit bevestigt onze stelling dat in de naamverklaring van Elsloo de dialectnaam niet mag ontbreken. De gedachte is dat als Elsloo ononderbroken bewoond is geweest, de oorspronkelijke naam ook bij de inwoners steeds is overgeleverd. Het is ondenkbaar dat men plotseling zelf de naam ging veranderen, dat kan wel door schrijvers zijn gebeurd die een eigen interpretatie gaven van hetgeen ze hoorden. "Loha" is hier van de naam afgesleten.
Een ander voorbeeld in Limburg van de koppeling van de dialectnaam met de historische naam is Gronsveld, de dialect naam is Groeschelt, de historische naam is ook Grousselt.
Het verloop van Aelsloha-via Aelsle naar Aelse is geen grote stap. Zeker niet als men bedenkt dat ze in Limburgse dorpen verder af van de Maaskant tot op de dag van vandaag Aelsle tegen Elsloo zeggen.
Tot slot
De grote vraag is als "Aschloa" niet de naam voor het gebied Maasmechelen/Stein was, wat was die dan wel voor dit gebied (domein). Maar als dat domein al uit Merovingsche tijden dateerde, welke naam heeft dat dan gehad ? Steeds wordt de mantra gevolgd: Stein en Elsloo waren een geheel wat door twee broers in de 13e eeuw opgedeeld wordt. Elsloo komt als naam tot 1108 niet voor! De oudste vermelding van Steyn is in 1220. Een zo oud domein van die omvang, zo strategisch gelegen aan de Maas, langs doorgaande wegen en bij handels- en bestuurscentra, gelegen in het kerngebied van het Karolingsche rijk tussen Keulen en Tongeren met steden als Aken, Maastricht, Vise (later opgevolgd door Luik) kan toch niet in de kronieken en charters onvermeld zijn gebleven ?
Geschiedenis der keizerlijk baronie Boorsem: r. Verbois / M. Maessen
Boorsem (incl Kotem, de hal, Geneuth) bleef ondanks alle maasverplaatsingen deel uitmaken van het grondgebied Stein-Elsloo . De Heerlijkheden Stein-Elsloo vormden oorspronkelijk een Karolingisch kroondomein. Dit blijkt uit 'n vermelding van enkele heerlijkheden en villa's in de tekst van het charter van koning Arnold van Lotharingen gegeven de 13 juni 888.
Dat is ook niet zo. Dit domein wordt wel degelijk vermeld. Dit domein was Aschloa, Hesloes en alles wat daar tussen ligt. Het is als het ware in het zicht verborgen door oeverloze discussies en fixatie op het dorp Elsloo. Als we het domein Aschloa kennen, weten we ook in welk gebied de Vikingen hun kamp(en) hadden. Al weten we nog niet exact de plaats. Men kan niet de feiten blijven negeren waar we Aschloa moeten zoeken of deze ter discussie blijven stellen. We moeten niet zoeken in een specifieke plaats maar in het gebied wat nu de gemeenten Maasmechelen en Stein, waarvan gedeelten van hun grondgebied ooit het aloude domein Ascloa, Ascloha, Aschlo, Asclon, Haslon, Hasloa ……… Hesloes vormden!
De wijze van verdeling van het domein in twee vrije rijksheerlijkheden Elsloo en Stein is een merkwaardige constructie. Toen Boorsem/Kotem nog tot Stein behoorde werd het Steins gebied doorkruist door Elsloos gebied tot aan Vucht (over de Maas heen). Het zal zijn redenen hebben gehad. Een reden voor de verdeling van het bezit kan het beheersen over de volle breedte van een belangrijke, nog niet uitgekristalliseerde, Maasovergang zijn.
De heer van Elsloo behield de titel en het dorp ging verder met een verbastering van de oude domeinnaam. Stein kreeg het kasteel, het wapenschild van de Heren van Elsloo en een nieuwe naam, Steyn. Vernoemd naar het voorheen gemeenschappelijke slot. Dat zou betekenen dat het oude slot van Elsloo (nu verzonken in de Maas) pas na de splitsing van het domein gebouwd is.
Na het jaar 1000 als de invallen van de Vikingen stoppen, komt de macht bij de lokale adel te liggen en die bouwen de burchten . Een nieuw tijdperk breekt aan. Aschlo valt uit elkaar in twee delen: Elsloo en Stein (met Boorsem en Kotem, welke in 1335 overgedragen worden aan Rekem).
Ondergrondse gedeelte van de “witte toren” van kasteel Stein is beduidend ouder dan de bovenbouw. Mogelijk zit hier nog een oudere (houten) voorganger onder in de motte.
Oude kasteel van Elsloo in de Maas. Ten onrechte vaak in de discussie betrokken en onderdeel van de motivatie in bestrijden Viking-verleden van Elsloo.